1. Ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid (SZW)

De Minister van SZW is verantwoordelijk voor de inrichting van het certificatiestelsel. De minister wijst certificerende instellingen aan die op een specifiek werkveld certificaten mogen verstrekken. Ook stelt de minister de schema’s voor aanwijzing en toezicht en de werkveldspecifieke certificatieschema’s vast.
In de Arbeidsomstandighedenwet en de Warenwet is vastgelegd dat de minister toeziet op de rechtmatige en doeltreffende uitvoering van de door hem aangewezen instellingen. Het toezicht op de CI’s ondergebracht bij Nederlandse Arbeidsinspectie

2. Certificerende Instellingen (CI)

De CI geeft certificaten af en controleert periodiek of gecertificeerde personen of systemen nog steeds voldoen aan de gestelde eisen in de certificatieschema’s. Indien nodig treft de CI maatregelen, bijvoorbeeld door een certificaat te schorsen of in te trekken. Een CI is een ZBO (zelfstandig bestuursorgaan) wat betekent dat de instelling geen onderdeel van de overheid is, maar wel wettelijke taken heeft. De CI’s worden betaald door de certificaathouders.

3. Raad voor Accreditatie (RvA)

De Raad voor Accreditatie controleert of een certificerende instelling aan de wettelijke voorwaarden voldoet. Alleen na een positieve beoordeling van de RvA kan een CI aangewezen worden om binnen het certificatiestelsel te functioneren. De RvA kent twee activiteiten:

  • Beoordelen van de CI: de RvA beoordeelt of een CI voldoet aan het werkveldspecifieke schema voor aanwijzing en toezicht waarvoor de CI een aanwijzing van de minister van SZW wil ontvangen;
  • Uitvoeren van een jaarlijkse controle.

4. Toezichthouders en handhavers:

De Nederlandse Arbeidsinspectie  controleert namens de minister of werkgevers en werknemers beschikken over wettelijk voorgeschreven certificaten. De Arbeidsinspectie houdt tevens toezicht op de naleving van de arbeidsomstandighedenregelgeving en ziet er op toe dat Zelfstandige Bestuursorganen, zoals de CI's, hun taken rechtmatig en doeltreffend uitvoeren.

Daarnaast voeren de volgende organisaties toezichthoudende taken uit:

  • Omgevingsdiensten
  • Inspectie Leefomgeving en Transport
  • (Milieu)politie
  • Staatstoezicht op de mijnen (olie- en gaswinningsindustrie)

5. Stichting Ascert 

Ascert is de door de CI’s aangewezen beheerstichting in het werkveld asbest. Als schemabeheerder is Ascert verantwoordelijk voor het ontwerp, de wijziging en vaststelling en het beheer van de schema’s. Het is de verantwoordelijkheid van de schemabeheerder te zorgen voor voldoende draagvlak bij de belanghebbende partijen en aan te tonen wie geparticipeerd heeft bij de totstandkoming ervan. Ascert vervult binnen het certificatiestelsel een coördinerende en faciliterende rol. Ook beheert Ascert het certificatenregister en de Stoffenmanager Asbest risico-indelingtechniek (SMA-rt). Voor het beheer van SMA-rt heeft Ascert een convenant met SZW gesloten.

Binnen Ascert functioneert het College van Deskundigen (CCvD). Het CCvD heeft tot primaire taak om het bestuur te adviseren omtrent certificatieschema’s voor het werkveld asbest. In dat kader adviseert het CCvD over het beheer en onderhoud van de operationele certificatieschema’s, de interpretatie en uitvoering van de certificatieschema’s, de inrichting van een nieuw certificatieschema en de voortgang van operationele certificatieschema’s op basis van rapportages en bevindingen. Het advies van het CCvD wordt in de werkkamers voorbereid.

Het bestuur van Ascert biedt wijzigingsvoorstellen voor wettelijke schema's  aan bij SZW. De minister kan het schema vervolgens in wetgeving (Arbeidsomstandighedenregeling) opnemen.

6. Validatie en Innovatiepunt (VIP)

Het VIP beoordeelt verzoeken voor landelijke validaties volgens een vast toetsingskader. Partijen die nieuwe werkwijzen hebben ontwikkeld in de asbestsanering, kunnen het VIP verzoeken die te beoordelen. Voor meer informatie over het VIP kijkt u op de website van het VIP: www.VIPasbest.nl.

7. Opdrachtgevers voor asbestinventarisatie en/of asbestverwijdering

Asbest zit op veel plaatsen verwerkt. De opdrachtgevers zijn dan ook zeer divers: 

  • Industrie: Veel bedrijven zijn verenigd in branchevereniging: VIA - Verenigd Industrie inzake regelgeving omtrent Asbest en schadelijke vezels (leden zijn onder andere Nuon, Shell, Tata Steel, Akzo Nobel en VNCI)
  • Agrariërs - LTO Nederland
  • Woningbouwcorporaties - Vereniging van woningbouwcorporaties Aedes
  • Bouwers en projectontwikkelaars - Bouwend Nederland en NEPROM
  • Overheden - Rijksvastgoedbedrijf / Rijksgebouwendienst / Vereniging van Universiteiten
  • Midden- en kleinbedrijf
  • Particulieren

8. Opdrachtnemers voor asbestinventarisatie en/of asbestverwijdering

Binnen het certificatiestelsel asbest zijn ongeveer 500 bedrijven gecertificeerd om asbestinventarisaties uit te voeren of om asbest te verwijderen. In deze bedrijven werken in totaal ongeveer 5000 mensen die in het bezit zijn van een persoonscertificaat. Op grond van deze certificaten mogen zij werkzaamheden uitvoeren waarvoor een bepaalde kennis en ervaring noodzakelijk is om goed te kunnen omgaan met de risico’s die deze werkzaamheden met zich meebrengen. 
Veel van deze bedrijven zijn verenigd in de volgende belangenorganisaties:

  • Vereniging voor Verwijdering van Toxische en gevaarlijke Bouwmaterialen (VVTB),
  • Vereniging voor aannemers in de sloop (Veras),
  • Vereniging voor Onderzoek en Advies Milieugevaarlijke stoffen (VOAM),
  • Vereniging voor Asbestverwijderende Bedrijven (VAVB)

9. Asbestlaboratoria

Circa 18 laboratoria, verenigd in Fenelab: Vereniging van Laboratoria en en inspectie-instellingen in Nederland

10. Asbestverwerkers

BRBS, Branchevereniging Breken en Sorteren (puinbrekers en sorteerbedrijven)

11. Opleiding, onderzoek- en kennisinstituten

Certificaathouders zijn gediplomeerde vakmensen. De opleidingen en examens worden verzorgd door onafhankelijke opleidings- en examineringsinstituten. De opleidingsinstituten zijn verenigd in de  Vereniging van Asbest Opleidingsinstituten (VAO).

12. Onderzoeksinstituten

Wijziging van wet- en regelgeving vindt plaats op basis van onafhankelijk onderzoek. Belangrijke instituten die hierbij betrokken zijn:

  • Rijksinstituut voor Volksgezondheid en Milieu (RIVM)
  • TNO (TNO voert onderzoek uit naar diverse (veiligheids-)aspecten van asbest, zoals blootstelling, analyse technieken en verwerking technieken)
  • NEN (Nederlands Normalisatie Instituut)
  • IFV (Instituut Fysieke Veiligheid)
  • SIKB (Stichting Infrastructuur Kwaliteitsborging Bodembeheer)